Het ontwikkelen van een geneesmiddel duurt vele jaren en kost honderden miljoenen euro’s. Dan moet de naam van dat product klinken als een klok. Namen van geneesmiddelen werden traditioneel ontworpen voor doktoren die de geneesmiddelen voorschreven en klonken wetenschappelijk. Tegenwoordig zijn namen van medicijnen steeds meer patiëntgericht en klinken abstracter zoals PROZAC (fluoxetine, Eli Lilly) tegen depressie en VIAGRA (sildenafil, Pfizer) bij erectiestoornissen. Maar hoe komen de geneesmiddelen aan hun naam? Waar moet een goede naam aan voldoen?

 

De meer dan honderd jaar oude merknaam Aspirine® (Bayer), oorspronkelijk in het Duits Aspirin, is afgeleid van Spirsäure. Dit is een oude Duitse naam voor salicylzuur met het voorvoegsel A dat voor acetyl staat omdat het geacetyleerd salicylzuur betrof. Samengevoegd en verkort werd dit “Aspirin”. De generieke naam van Aspirine® is acetylsalicylzuur.

Farmaceutische bedrijven richten zich op het ontwikkelen van één wereldwijde merknaam voor een geneesmiddel. Dezelfde merknaam wereldwijd reflecteert de globale gezondheidszorg: mensen reizen naar verschillende landen en het is praktisch als het geneesmiddel dezelfde naam heeft in het buitenland. Eén wereldwijde naam vergemakkelijkt de communicatie, ook op het internet, en geeft een sterker merk dan wanneer in verschillende landen een andere naam voor hetzelfde geneesmiddel wordt gebruikt. De merknaam garandeert de constante kwaliteit van het product gemaakt door de fabrikant en krijgt meer goodwill naarmate het merk bekender wordt. Investeren in een succesvol merk loont de moeite omdat het merkrecht oneindig is zolang de merkregistraties worden vernieuwd en het merk wordt gebruikt. Na het verlopen van het patent na 20 jaar zal het merk de strijd moeten aangaan met goedkopere generieke medicijnen. Het ontwikkelen van een wereldwijde merknaam voor een geneesmiddel is niet eenvoudig en kost veel tijd en voorbereiding. Juridische beschikbaarheid van het merk in een groot aantal landen is slechts één van de vele voorwaarden waaraan de naam moet voldoen. Gezondheidsautoriteiten moeten de merknaam eerst goedkeuren voordat het geneesmiddel mag worden verkocht.

De criteria die de gezondheidsautoriteiten gebruiken om te bepalen of een merknaam veilig is voor patiënten zijn breder dan het criterium van juridisch verwarringsgevaar. De merknamen worden door de fabrikant getest op veiligheid voordat de namen ter goedkeuring worden ingediend bij de gezondheidsautoriteiten. Desondanks wordt 50% van de ingediende geregistreerde merknamen afgekeurd. Het hebben van back-up merknamen is daarom noodzakelijk.